- ‘He waits on the beach. I wanted to wake you
up before the transport.’ Tork nods, looks around and sees then that he lies
flat on the deck.
Waja gesticulates and four young women lift
Tork carefully on a linen stretcher and hoist him over the fence. The bark lies
in a narrow bay, the keel on the beach. The pure white shell sand blinds until
he focuses on the green airless palms that bend solemn towards the shore. The
stretcher is dropped in the sand and first then he sees the dog that cautious
approaches and sniffs at him as if it wants to check if he is real. ‘Barg!’ The
dog swings its tail happy and barks. Waja admonishes him to stay down.
- ‘Save your strength, the dog will follow.’ She
lets him drink from a Cristal bottle that she takes from under her tunic. Tork swallows greedy. The
water tastes sweeter then nectar but after two draughts she pulls the bottle
back. Waja smiles.
-
‘Take it easy. You just made it and
it will take time before your condition is back.’ Tork sighs. He has to trust
her, as weak as he is. If someone wants to harm him he can’t defend himself.
The litter goes up again and if it is a
ceremony the women stride solemn over the beach. Waja stays next to him, wets
his face with a moist cloth and he hears how Barg follows.
A path between the palms leads towards the
inland. Pure white shell sand meanders more then two miles through dense vegetation
before they reach a collection of simple cabins. Tork expected more class as
shelter for priestesses. He doesn’t doubt that these are them: the bloodthirsty
Virgins from Shaahs’ legend. He is wary however he can’t imagine that they will
kill him after saving. Why actually? If they are informed at least about his
mission! Because he can’t do anything yet and he is not clear enough to analyze
the situation he accepts for the moment.
-
‘Hij wacht op het strand. Ik wilde je bij kennis brengen voordat we je
vervoeren.’ Tork knikt, kijkt rond en ziet dan dat hij plat op het dek ligt.
Waja
wenkt en vier jonge vrouwen met een linnen brancard tillen Tork voorzichtig op
en hijsen hem over de reling. De bark ligt in een smalle baai, de kiel op het
strand. Het hagelwitte schelpenzand verblindt totdat hij de groene windstille
palmen ziet die statig richting oever buigen. De brancard wordt in het zand
gelegd en pas dan ziet hij de hond die omzichtig nadert en hem besnuffelt alsof
hij wil controleren of hij het werkelijk is. ‘Barg!’ De hond kwispelt blij en
blaft. Waja maant hem te blijven liggen.
-
‘Spaar je krachten. De hond volgt wel.’ Ze laat hem drinken uit een kristallen
flacon die ze vanonder haar tuniek haalt. Tork slikt gretig. Het water smaakt
zoeter dan nectar maar na twee slokken trekt ze de fles terug. Waja glimlacht.
-
‘Kalm aan. Je hebt het maar net gehaald en het zal tijd kosten voordat je weer
in vorm bent.’ Tork zucht. Hij moet haar wel vertrouwen, zo zwak als hij is. Als
iemand hem kwaad wil doen kan hij zich niet verdedigen.
De
baar gaat opnieuw omhoog en alsof het een ceremonie betreft schrijden de
vrouwen statig over het strand. Waja blijft naast hem, bet zijn gezicht met een
vochtige doek en hij hoort hoe Barg volgt.
Een
pad tussen de palmen leidt naar het binnenland. Zuiver wit schelpenzand
kronkelt ruim twee kilometer door dichte vegetatie voordat ze een verzameling
eenvoudige hutten bereiken. Tork verwachtte meer klasse als onderkomen voor
priesteressen. Hij twijfelt er niet aan dat zij het zijn: de bloeddorstige
Maagden uit Shaahs’ legende. Hij is op zijn hoede hoewel hij zich niet kan
voorstellen dat ze hem zullen doden nadat ze hem hebben gered. Waarom
eigenlijk? Als ze tenminste op de hoogte zijn van zijn missie! Omdat hij toch
niet in staat is iets ondernemen en niet helder genoeg om de situatie te
analyseren aanvaardt hij voorlopig maar.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten