Er was niets veranderd bij het karige ontbijt, en waarom ook? Alea was gewoon zichzelf terwijl ik moeite deed mijn affectie onder controle te houden. Dat merkte ze natuurlijk en ze glimlachte, kwam naar me toe en kuste me op de mond. “We zijn niet van hetzelfde volk”, sprak ze ernstig. “Doe gewoon wat je denkt dat goed is. Als ik het niet begrijp of niet wil zeg ik het wel. Verkeerd bestaat niet tussen twee individuen wanneer ze elkaar respecteren.” Dat was alles en ze kwam er niet op terug.
Er was iets anders dat haar bezighield. “Zouden we veilig zijn?” vroeg ze zich af. “Ik wil best met jou heel lang door het woud trekken maar het mag wel wat gemakkelijker dan gisteren. Terrein waar we normaal kunnen lopen. Zou dat verantwoord zijn?”
Ik wist het ook niet, had evenmin ervaring met griffioenen en wist niets van hun gewoontes of actieradius maar dat we gisteren niet veel waren opgeschoten stond vast, maar ook ik wilde wel wat meer bewegingsvrijheid, wat meer ruimte waarom we besloten het erop te wagen, erop vertrouwend dat de jagers het monster naar het zuiden zouden drijven zoals hun bedoeling was.
Niet dat we onze dekking volledig lieten varen. We hielden het bij dicht bos maar met minder ondergroei. Dat hield in dat de griffioen ons eventueel van bovenaf kon zien maar daar zou het weinig aan hebben. Gezien zijn spanwijdte zou het onmogelijk tussen de dicht opeen staande bomen kunnen manoeuvreren.
We kwamen gemakkelijker vooruit, sneller ook hoewel dat er niet toe deed. We hadden geen haast. Het Bessenvolk verwachtte ons maar niet wanneer waarom we vaak en regelmatig pauzeerden.
Zonder aandringen vertelde Alea over de gewoonten van haar volk voor zover zij wist dat die verschilden met menselijke gebruiken. Hoe gewoon het was dat twee of meer individuen genegenheid voor elkaar opvatten en dat dat ook zo werd beleefd binnen de gemeenschap. “Het is niet nodig om het in afzondering te doen want iedereen doet het”, betoogde ze, “en het maakt ook niet uit van welk geslacht je bent.” Omdat er niet geheimzinnig over werd gedaan, het een openlijke aangelegenheid was zoals elke behoefte was er ook geen nood aan het artificieel opwekken ervan. Zoals er geen reclame bestond om de lust naar eten of drinken op te wekken, zo bestonden er evenmin opwindende films of plaatjes om de seksualiteit te prikkelen. De behoefte was er en die diende zichzelf wel aan, daar waren geen hulpmiddelen voor nodig. Een positieve bijkomstigheid was dat seks gerelateerde misstanden evenmin bestonden. Wat dat betreft een rustige en vreedzame samenleving.
“En als iemand eens wat anders wil?” wilde ik weten.
Ze grinnikte. “Dan moeten ze dat vooral niet laten. Je bent nooit alleen, al zijn je wensen nog zo vreemd en je kunt er een gelijkgestemde partner alleen maar blij mee maken.” Een meer Libertijnse opvatting had ik zelden gehoord.
“Jij?” vroeg ik nieuwsgierig.
“Wie weet”, lachte ze. “Als ik iets niet leuk vind dan merk je het wel.”
“Dan zeg je het gewoon?”
“Natuurlijk. Wat dacht je, dat ik mijn eigen plezier laat bederven.”
Het waren opvattingen die mij wel aanstonden omdat ze gebaseerd waren op wederzijds respect Er werd niet verheven, moeilijk of achterbaks over gedaan. Achterbaksheid was het Boomvolk hoe dan ook vreemd. Wie iets op zijn lever had zei dat ook en het knalde natuurlijk wel eens tussen individuen wat het bijleggen of toegeven des te bevredigender maakte.
Het was een samenleving die mij lag, voorzover ik ze uit woorden leerde kennen natuurlijk en ik voelde wel iets van spijt dat ik niet hier ter wereld was gekomen, zeker met zo’n uitgestrekt te onderzoeken woud voor de deur.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten