The girl nods.
‘You don’t leave me really’; he tries. ‘Fiona will stay my assistant, yet she
shares her free time with Jeremy from now.’
- ‘I want to be
with you, Lord, and take care of you at every moment that you need me.’ Tork
sighs.
- ‘If that’s
your wish! For now then. We’ll think of something when the moment comes, but accept
me as your rightful partner, or whatever you call it. And please stop calling
me ‘Lord’. As partners we are equal.’
- ‘Yes Lord’
the girl whispers gratefully.
That the ruler
shows his concern about their future faith is more of influence on the members
then his statement. The hostile atmosphere declines, yet he doesn’t have
everybody’s trust immediately. But Jeremy, who gazes happy at his new spouse, decides
to support him for the moment.
- ‘What did you
mean by meaningful?’
- ‘To be honest,
I don’t know. “Give the people bread and
games!” How the games are organized we know, but what or whom takes care
about our bread?’ The boy smiles.
- ‘In every
house is an always filled pantry. Do I want caviar or a simple sandwich I know
for sure it will be there. Nothing
becomes dirty or wears out. Used tableware goes back in the cupboard and
is the next time clean or replaced by new. There is nothing to do in this damn
town. Without the ongoing festivities everybody would be long bored to death.’
Tork looks somber.
- ‘Except the
ruler and his seconds no-one has a task?’
- ‘Of course’ some
other reacts. ‘We wait for messages of the Gods.’ Tork nods.
- ‘Who of you is experienced in
that matter?’ and again it is Jeremy who responds.
Het meisje knikt. ‘Je verlaat me niet werkelijk’;
probeert hij. ‘Fiona blijft assistente, al deelt ze haar vrije tijd voortaan
met Jeremy.’
- ‘Ik wil bij ú zijn, Heer, en voor u zorgen op
elk moment dat u mij nodig heeft.’ Tork zucht.
- ‘Als dat je wens is! Voorlopig toch. We bedenken
wel iets als het zover is, maar zie mij dan als je wettige partner, of hoe
jullie dat ook noemen. En stop alsjeblieft met mij ‘Heer’ te noemen. Als mijn
partner ben je mijn gelijke.’
- ‘Ja Heer’; fluistert het meisje dankbaar.
Dat de heerser bezorgdheid toont over hun
toekomstig lot is meer van invloed op de leden dan zijn verklaring. De
vijandige sfeer neemt af, al heeft hij niet onmiddellijk ieders vertrouwen.
Maar Jeremy, die gelukkig naar zijn nieuwe partner kijkt, besluit hem voorlopig
te steunen.
- ‘Wat bedoelde u met zinvol?’
- ‘Eerlijk gezegd weet ik het niet. “Geef het volk brood en spelen!” Hoe de
spelen tot stand komen weten we, maar wat of wie zorgt er voor ons brood?’ De
jongen glimlacht.
- ‘In elke woning is een constant gevulde provisiekast.
Heb ik zin in kaviaar of een simpele sandwich dan weet ik zeker dat het er is.
Niets wordt vuil of verslijt. Gebruikt servies gaat terug in de kast en is de
volgende keer schoon of vervangen door nieuw. Er is niets te doen in deze
verdomde stad. Zonder de eeuwige feesten was iedereen allang dood van
verveling.’ Tork kijkt somber.
- ‘Behalve de heerser en zijn secondanten heeft
niemand een taak?’
- ‘Toch wel’; reageert een ander. ‘We wachten op
boodschappen van de Goden.’ Tork knikt.
- ‘Wie van jullie werd al geroepen?’ en alweer is het Jeremy die reageert.