Tork looks at him, speechless
before he reacts.
- ‘You really do believe this?’ and
is surprised when Perlwachter denies.
- ‘I don’t believe, I know! If
you accept my idea about Gods then it will be possible to accept me as a keeper
as well. I don’t ask to believe but to accept because I will show you. Believe is based on nothing, pure assumption.
I need you to understand because without you won’t be able to assist
like we expect.’
Tork is more and more convinced
to deal with a harmless fool. First he didn’t know what to think when the man
appeared so suddenly. In the mean time he is certain that Perlwachter doesn’t
form a threat and even the dogs accept and lay down at his feet half asleep. An
eccentric philosopher maybe, who has the aims to live here in the middle of
this waste land surviving on whatever, because apart from the fruit and the
fish he hasn’t seen anything to eat up till now. Besides, who maintains this vast valley?
Not Perlwachter alone; he has to
have help, but where? However lively this Methuselah, it is infeasible, and how
does he get through the winters when there is no fruit hanging from the trees with
the river most likely frozen? Shall he be supplied?
Tork has more questions then this
weirdo can or will answer without doubt. He murmurs about Gods as if they really
exist and truly his ideas are the least amazing. Tork knows from experience how
impressing nature can be if it is all you can rely on.
Tork neemt hem sprakeloos op voordat hij reageert.
- ‘U meent het, nietwaar?
Tot zijn verbazing ontkent Perlwachter.
- ‘Ik geloof niet, ik weet! Als je mijn denkbeeld over de Goden aanvaardt
ben je ook in staat mijn wachterschap te accepteren. Ik vraag je niet te
geloven. Ik vraag je het idee te accepteren omdat ik je wil laten zien. Geloven
is op niets gebaseerd, louter aanname. Ik wil dat je eerst begrijpt omdat je
zonder het denkbeeld niet in staat bent de hulp te geven die wordt verlangd.’
Tork raakt steeds meer overtuigd een ongevaarlijke gek tegen het lange lijf
te zijn gelopen. Eerst wist hij niet wat ervan te denken toen de man zo plots
voor hem verrees. Dat hij geen bedreiging vormt, daarvan is hij inmiddels zeker
en zelfs de honden hebben zich bij het onvermijdelijke neergelegd half slapend
aan zijn voeten. Daarna dacht hij met een zonderling van doen te hebben: een
excentrieke filosoof die blijkbaar over de middelen beschikt zich midden in
deze woestenij te verschansen en zich in leven te houden met god weet wat, want
behalve het rijpe fruit en de vissen heeft hij niets eetbaars gezien. Bovendien,
wie onderhoudt dit uitgestrekte dal?
Dat Perlwachter dat niet alleen kan lijkt duidelijk. Hij moet hulp hebben,
maar waar? Hoe vief de eeuwling ook, het is onbegonnen werk, en hoe komt hij de
winters door wanneer er geen fruit aan de bomen hangt en de rivier
waarschijnlijk hard bevroren? Zou hij worden bevoorraad?
Tork heeft meer vragen dan de zonderling ongetwijfeld kan of wil
beantwoorden. Hij prevelt over Goden alsof ze werkelijk bestaan en eigenlijk
zijn die denkbeelden nog het minst verwonderlijk. Tork weet uit ervaring hoe
imponerend natuur is als dat alles is waarop je kunt terugvallen.
I saw your picture and comment on LINKED IN.the artists group, and like it.
BeantwoordenVerwijderen