vrijdag 25 mei 2012

WANDERBACH page 20


It sounds reassuring but Tork doesn’t want to be misled.
- ‘I can’t blame you’; Perlwachter sighs. ‘The situation is too incomprehensible, but please trust; if I wanted to harm it had already happened. For days I know that you are on the way and I wouldn’t have send smoke if I didn’t think it was necessary.’
That surprises Tork.
- ‘You made that plume to lure me?’
Perlwachter nods.
- ‘We need you; otherwise you never had got access to this valley.’
Tork doesn’t understand.
- ‘How did you know that we were coming?’
- ‘I know a lot’; the old man explains, ‘sometimes too much! Like I said your help is wanted, but to clarify I have to take you.’ He points to the hills. ‘It would comfort me if you hold your dogs. That you do understand?’
- ‘If you have no evil in mind they won’t harm you.’
Perlwachter looks meditative, turns suddenly.
- ‘Follow me!’
If Tork wants to understand he has to accept the invitation even hesitated while he signs the dogs. The animals follow silent and cautious, determined to interfere if needed.
They are close to nature, through their veins flows the blood of ancient generations. Tork bred them himself: Canadian sheep dogs crossed with young wolves; robust and stronger then a bulldog, while their perseverance and intelligence be matched by any remote. In prosperity of their life: some five years and determined to take the extreme for him.
In spite of their behavior Tork is not convinced that the situation is truly hostile. Wolf breed is careful, but he thinks it safer not to hinder the dogs. They won’t attack as long as it isn’t required; even though they remain vigilant until convinced that the old man has no evil intentions. 

Het klinkt geruststellend maar Tork is niet van plan zich te laten misleiden.
- ‘Ik kan het u niet kwalijk nemen’; zucht Perlwachter. ‘De situatie is te onbegrijpelijk, maar geloof me: als ik u kwaad wilde doen was dat al gebeurd. Ik weet al dagen dat u onderweg bent en ik had geen rook gestuurd als ik dat niet voor noodzakelijk hield.’
Het verrast Tork.
- ‘U heeft die rookpluim doelbewust gemaakt om mij hierheen te lokken?’
Perlwachter knikt.
- ‘Wij hebben u nodig, anders had u nooit toegang tot dit dal gekregen.’
Tork begrijpt het niet.
- ‘Hoe wist u dat ik onderweg was?’
- ‘Ik weet veel’; verduidelijkt de oude. ‘Soms te veel! Zoals ik zei is uw hulp vereist, maar om het duidelijk te maken moet ik u meenemen.’ Hij wijst naar de heuvels. ‘Het zou me geruststellen als u uw honden in bedwang houdt. Dat begrijpt u toch?’
- ‘Als u geen kwaad in zin heeft doen zij niets.’
Perlwachter kijkt peinzend, draait plotseling om.
- ‘Volg mij!’
Als Tork wil begrijpen moet hij de uitnodiging accepteren al is het aarzelend terwijl hij de honden een teken geeft. De dieren volgen stil en behoedzaam, vastbesloten zich ermee te bemoeien als de situatie dat vereist.
Ze staan dicht bij de natuur want door hun aderen vloeit bloed van oude generaties. Tork heeft hen zelf gefokt: Canadese herders gekruist met jonge wolven. Robuust en sterker dan een buldog terwijl hun uithoudingsvermogen en intelligentie door geen enkel ras worden geëvenaard. In de bloei van hun leven: goed vijf jaar en bereidt voor hem tot het uiterste te gaan.
Ondanks hun gedrag is Tork niet zeker of de situatie werkelijk vijandig is. Wolvenbloed is voorzichtig, maar hij vindt het veiliger de honden niet te belemmeren. Ze zullen niet aanvallen zolang het niet nodig is, al blijven ze waakzaam totdat ze overtuigd zijn dat de oude geen kwade bedoelingen heeft. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten