The dogs follow skulking as
wolves, belly close to the ground, the low kept tail drags and the ears now
right to the front, keen on every sound. But there is nothing to hear, everything
remains silent, even when they approach the hills till just a few steps nothing
moves until suddenly a form rises from between the bumps, dressed in a garment
of green translucent tulle.
- ‘Welcome Tork. Welcome in Wanderbach.’
Tork stops abrupt, his hand goes to his knife, the
mountain stick with iron tip points threatening to the front while both wolfhounds
uncover grunting their razor-sharp teeth.
page 18 |
De honden volgen sluipend als wolven, de buik dicht tegen de grond, de laaggehouden staart sleept en de oren nu recht naar voren, gespitst op elk geluid.
Maar er is niets te horen. Alles blijft bladstil. Zelfs wanneer ze de
heuvels tot op enkele passen zijn genaderd roert zich niets tot plots een lange
gedaante, gekleed in een gewaad van groen doorschijnend tule van tussen de
bulten oprijst.
- ‘Welkom Tork. Welkom in Wanderbach.’
Tork houdt abrupt de pas in, zijn hand gaat naar het mes, de bergstok met
ijzeren punt wijst dreigend naar voren terwijl beide wolfshonden grommend de
vlijmscherpe tanden ontbloten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten