zondag 28 oktober 2012

WANDERBACH page 156


- ‘Let me introduce Peter West, the writer. With the right attention I guarantee you will at least play a small part in his next book.’
- ‘Really?’
Happy with the solution Tork empties his glass and leaves together with the Wolfhound. Barg will accompany him to the ballroom, quite in a corner without risk being stepped on his tail. He doesn’t like it when Tork dances; the distance too big to interfere in time, but the duchess demands why they are on their way to the dim room where people turn around together. For Barg it seems quit troublesome if you need someone else to have four paws just to be able to whirl around without going crazy.
The dog exaggerates. Thanks to dozens of chandeliers the room bathes in fabulous light however where Barg is, that close to the floor, it will certainly be dusky.
Tork cannot enter unnoticed. All heads switch as on command into his direction. Some approach him, others keep a respectful distance and watch jealous those who dare to shake his hand or even kiss his cheek volatile. The host accepts released, shakes hands and kisses, modestly skims over some compliments.
Before he is halfway the duchess spots him. She is a young woman, not even thirty and most believe she is beautiful. For Torks’ taste she is too egotistic with an always arrogant expression on her puppet face. He would like to link her to someone else but promises causes debt and he offers his arm that she most self-evident accepts. So she strides next to him towards the middle of the room and the dance floor while the orchestra starts to play; a slow waltz as expected; always the same. Close against him she has herself lead with all time to look around and having admired herself in the flattering long evening dress. 

- ‘Laat me je voorstellen. Peter West, de schrijver. Met de juiste aandacht garandeer ik dat jullie tenminste figureren in zijn volgend boek.’
- ‘Echt?’
Blij met de oplossing leegt Tork zijn glas en vertrekt met de wolfshond. Barg zal hem naar de ballroom vergezellen, stil in een hoek om niet het risico te lopen dat er op zijn staart wordt getrapt. Hij vindt het maar niks als Tork danst; de afstand te groot om tijdig in te grijpen, maar de hertogin verlangt waarom ze op weg zijn naar de schemerige zaal waar mensen rondjes draaien met elkaar. Het lijkt Barg erg lastig als je een ander nodig hebt om samen vier poten te hebben zodat je zonder dol worden rond kunt draaien.
De hond overdrijft. Dankzij tientallen kroonluchters baadt de zaal in sprookjesachtig licht hoewel het waar Barg ligt zeker schemert zo dicht bij de vloer.
Voor Tork is het onmogelijk onopgemerkt entree te maken. Alle hoofden draaien als op commando in zijn richting. Er komt iemand naar hem toe, anderen bewaren eerbiedig afstand en kijken jaloers naar de durvers die het wagen zijn hand te drukken of zelfs vluchtig zijn wang te kussen. De gastheer ondergaat gelaten, schudt handen en kust, wimpelt bescheiden enkele complimenten af.
Vooraleer hij halverwege is heeft de hertogin hem gezien. Ze is een jonge vrouw, nog geen dertig en de meesten vinden haar mooi. Voor Torks’ smaak is ze te hoogmoedig met de altijd verwaande uitdrukking op haar poppengezicht. Hij zou haar aan een ander willen koppelen maar belofte maakt schuld en hij biedt zijn arm die ze aller vanzelfsprekendst aanvaardt. Zo schrijdt ze naast hem naar het midden van de zaal en de dansvloer terwijl het orkest begint te spelen. Een langzame wals als verwacht; altijd hetzelfde. Dicht tegen hem aan laat ze zich leiden met alle tijd rond te kijken en zich te laten bewonderen in de flatteuze lange avondjapon. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten