donderdag 18 oktober 2012

WANDERBACH page 148 – 149 (end chapter 12)


Where can they go?
When he approaches the path to the Gods it points out that the bark is still at the same spot. Without hesitating he drives the stallion into the sea until the ground disappears under its hoofs. Then Tork slides into the water while Barg swims towards him.
He fights a way through the water and is almost at the ship when a rope ladder rolls down the hull. Tork grabs, waits for the dog and hoists it around his shoulders to climb upwards hand over hand where he is welcomed by the horrible sea creature.
- ‘Do you have the crown?’ Tork nods and the creature grins.
- ‘Welcome aboard.’
On the deck Tork turns around. Along the coast, at a safe distance from the water, the farmers drive their horses together. Sometimes one of them rises cursing a fist and gesticulates angry in his direction. 

page 149

Waar moeten ze heen?
Wanneer ze het Godenpad naderen blijkt dat de bark nog altijd op dezelfde plaats ligt. Zonder bedenken drijft hij de hengst in zee tot de grond onder zijn hoeven verdwijnt. Dan laat Tork zich in het water glijden terwijl Barg naar hem toe zwemt.
Hij vecht zich een weg door het water en is bijna bij het schip wanneer een touwladder langs de romp omlaag rolt. Tork grijpt zich vast, wacht op de hond en hijst hem rond de schouders om vervolgens hand over hand omhoog te klimmen waar hij wordt opgewacht door het afzichtelijke zeewezen.
- ‘Heb je de kroon?’ Tork knikt en het wezen grijnst.
- ‘Welkom aan boord.’
Op het dek draait Tork zich om. Langs de oever, op veilige afstand van het water, drijven de boeren hun paarden samen. Af en toe steekt er een scheldend de vuist op en gebaart driftig in zijn richting.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten