He leaves the
dogs behind and walks back.
The bowls and wine
are gone, the rocky wall closed seamless. Nothing remembers of what happened and
rapidly he grabs his gear and runs to the path to dress.
However the
danger seems to be over and they are exhausted, he wants to leave; if it’s only
a little bit, as far as they can drag themselves and he is about to fall down when
he discovers the shallow den.
He creeps
wincing in it, empty for hunger, every fiber trembles and yet he doesn’t want
to think about food. Even two small capsules arouse so much aversion that he turns
away in the low shoal, back against the wall, the arms around increased knees he
feels defeated, a pile of fear that peeps afraid into the future. The dogs shiver at his feet. Shall he give
them a capsule?; and decides not.
Fatigued he closes the weighty
eyes, no longer prepared to resist if the Gods choose this moment...
page 70 |
Hij laat de honden blijven en loopt terug.
De schalen en wijn zijn verdwenen, de rotswand
naadloos gesloten. Niets wijst op wat gebeurde en hij grist snel zijn spullen
bijeen en holt naar het pad om zich aan te kleden.
Hoewel het gevaar voorbij lijkt en ze alle drie
uitgeput zijn wil hij weg. Desnoods een klein eindje, zover ze zich kunnen
slepen en hij staat op instorten wanneer hij de ondiepe uitsparing ontdekt.
Hij kruipt huiverend weg, leeg van honger, elke
vezel trilt en toch wil hij niet aan eten denken. Zelfs twee kleine capsules
wekken zoveel weerzin dat hij wegduikt in de lage ondiepte, de rug tegen de
achterwand, de armen rond opgetrokken knieën voelt hij zich verslagen, een
hoopje angst dat bang in de toekomst gluurt. De honden rillen aan zijn voeten.
Zal hij hen een capsule geven?; en besluit het niet te doen.
Doodmoe sluit hij de loodzware ogen, niet bereid langer weerstand te bieden
mochten de Goden dit moment kiezen...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten