Then land! Straight ahead a grey shore.
Without Tork interfering, the bark diminishes
speed and stops billowing, not even ten yards from the coast. Even in this pale
light he sees that it is the same beach where he left from. How long ago and at
the same time… how short!
He grabs the bundle with victuals, jumps into
the water that doesn’t reach higher than his groin and wades ashore while he
looks around for something suspicious. No welcome-committee, the surrounding
dead and abandoned. Also in the direction of Shaah’s land no
movement.
His pants are soaked when he climbs the dry
soil and it will take time before it dries in the absent summery glow.
Without resting he immediately goes into the
direction of the stage and the town, and again it is the amulet that tells him
where to go. Yet he remembers the road more or less, the circle is a great help.
The land fades; in the withering steppe-grass individual stems are no longer
recognizable and the path which he does not see when covering the amulet is
visible like shaven emptiness, as if a gardener with scythe walks in front of
him.
Happy is probably too much, but certainly
relieved, Tork runs over the path on which he makes good progress also without
a stick, and before he needs a rest he reaches the stage that is slowly
swallowed by the surrounding land. Behind the almost transparent curtain the
land is empty and yet Tork approaches careful, alert for betrayal.
He tries the wooden floor through which he can
see the empty space, abandoned like the surroundings. In spite of the fragile transparency
the material is still strong. He looks up at the hill where Gabi was killed, runs
bended close along the curtain until he involuntarily sighs for relief when he
again reaches the soft steppe.
Dan
land! Recht vooruit een grijze oever.
Zonder
Torks bemoeienis mindert de bark vaart en valt deinend stil, nog geen tien
meter uit de kust. Ook in het vale licht ziet hij dat dit hetzelfde strand is
vanwaar hij vertrok. Hoe lang geleden en tegelijk… hoe kort!
Hij
grijpt de bundel met proviand, springt in het water dat niet hoger dan zijn
lies reikt en waadt naar de kant terwijl hij om zich heen kijkt naar iets
verdachts. Geen ontvangstcomité, de omgeving doods en verlaten. Ook in de
richting van het land van Shaah geen beweging.
Zijn
broek is doorweekt wanneer hij op het droge klautert en het zal duren voordat het
droogt in de afwezige zomerse gloed.
Zonder
te rusten gaat hij onmiddellijk op weg in de richting van het podium en de
stad, en het is alweer de amulet die hem vertelt waar te gaan. Al herinnert hij
zich de route ongeveer, de cirkel is een goede hulp. Het land vervaagt; in het
verdorrende steppegras zijn individuele halmen niet langer te herkennen en het
pad dat hij niet ziet wanneer hij de amulet bedekt doemt op als geschoren
leegte, alsof een tuinman met zeis voor hem uitloopt.
Opgewekt
is wellicht te veel, maar wel opgelucht, rent Tork over het pad waarover hij
ook zonder stok gemakkelijk vooruit komt. Hij schiet goed op en nog voordat hij
aan rust toe is bereikt hij het podium dat langzaam door het omringende land
wordt opgeslokt. Achter de al bijna doorzichtige voorhang is het land leeg en
toch nadert Tork behoedzaam, bedacht op verraad.
Hij
probeert het parket waardoorheen de lege ruimte gaapt, verlaten als het land
rondom. Ondanks de fragiele doorzichtigheid is het materiaal nog sterk. Hij
kijkt omhoog naar de heuvel waar Gabi de dood vond, holt gebukt dicht langs het
gordijn tot hij onwillekeurig zucht van verlichting wanneer hij opnieuw de
zachte steppe bereikt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten