maandag 7 januari 2013

WANDERBACH page 223 – 225 (end chapter 17)


- ‘You want to go to the seventh! Already thought of a plan? I don’t want to know what you’re going to do there; Zeus recommendation is enough. Yet his head has shrunk, but in there is more than in mine,’ the giant roars again. ‘I’m willing to introduce you but I don’t think that they are interested in you.’ There is no end to his laughter because of own jokes. Wodan has to be the God with the most pleasure.
Diana sits besides Tork in the same seat. ‘Can’t you think of something to get him pass the guard?’ she asks.
Wodan stares thinking at the Goddess and all are silent because the supreme God thinks in holy bright concentration that dances around him like an aura. The high forehead hilly wrinkled, the eyes squeezed to caves.
- ‘Where is Loki?’ he suddenly yells. ‘Let him think of something, that’s what he can.’
The hunchback drags himself forward, nods at Tork and winks frivolous at Diana while he falls heavily in a seat. ‘What’s the problem?’
- ‘He has to go up. Make sure that you get him pass the guard.’
- ‘That’s impossible!’ Loki inveighs.
- ‘You will make the impossible possible. That’s what you can, and if you need help we are all here to support.’
- ‘Freya,’ the hunchback demands.
- ‘Don’t you lay your horny hands on her!’ Wodan shouts furious. ‘Think of a solution. You get all the time needed while we party. After you’re ready you come back and we make sure that the little man goes upstairs. Fuck off and think of something!’
Loki limps from the table. ‘Nice,’ he grumbles, ‘make sure that the mortal passes the guard. You can do everything, Loki! Forge something in your forgery to get the little man on the seventh.’ The giant midget disappears and Tork waits. If the Gods can’t think of anything he has to invent something himself, but he will go upstairs, he is convinced of that. 

page 225 Wodan

- ‘Jij wilt naar het zevende! Al een plan bedacht? Ik wil niet weten wat je gaat doen; Zeus aanbeveling is genoeg. Zijn kop is wel gekrompen, maar er zit meer in dan in die van mij,’ buldert de reus weer. ‘Ik wil je wel voorstellen, maar ik geloof niet dat zij in jou zijn geïnteresseerd.’ Aan het gelach om eigen grappen komt geen eind. Wodan is beslist de God met het meeste plezier.
Diana zit naast Tork in dezelfde zetel. ‘Kun jij niet iets bedenken om hem voorbij de wacht te loodsen?’ vraagt ze.
Wodan staart nadenkend naar de Godin en iedereen zwijgt omdat de oppergod nadenkt in heilige fel oplichtende concentratie welke als een aura rond hem danst. Het hoge voorhoofd heuvellig gerimpeld, de ogen tot spelonken geknepen.
- ‘Waar is Loki?’ brult hij plots. ‘Laat hem iets bedenken, want daar is hij goed in.’
De gebochelde sleept naar voren, knikt naar Tork en knipoogt frivool naar Diana terwijl hij zich zwaar in een zetel laat vallen. ‘Wat is het probleem?’
- ‘Hij moet naar boven. Zorg dat je hem voorbij de wacht krijgt.’
- ‘Dat is onmogelijk!’ protesteert Loki.
- ‘Dan maak jij het onmogelijke mogelijk. Dat kun je, en als je hulp nodig hebt staan wij tot je beschikking.’
- ‘Freia,’ verlangt de gebochelde.
- ‘Jij blijft met je geile poten van haar af!’ brult Wodan woest. ‘Bedenk een oplossing. Je krijgt alle tijd terwijl wij feesten. Zodra je het weet kom je terug en zorgen we dat het ventje bovenkomt. Donder op en bedenk wat!’
Loki hinkt van tafel. ‘Leuk,’ gromt hij, ‘zorg dat de sterveling voorbij de wacht raakt. Jij kunt toch alles, Loki! Smeedt maar iets in je smidse, als het ventje maar bovenkomt.’ De reusachtige dwerg verdwijnt en Tork wacht af. Als de Goden niets bedenken moet hij zelf wat verzinnen. Boven komen zal hij, daarvan is hij overtuigd. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten