maandag 9 januari 2012

The Quest



She waved when she left me forever. I didn’t know, and smiled and kissed the distance of divorce between us. A distance which would grow. I never saw her back.

After almost three years. How could I know? Even afterwards I don’t see the signs. She just disappeared…
That last glimpse is etched into my mind. Curly hair, blond, and cut like Marilyn Monroe. Warm laughing blue eyes. A face that looked back to me in love. It’s not what I want to see. It’s how she was. How that moment was.

Still, the leaving was there. In small things. She knew. I couldn’t imagine that I would never see her again, but she did.

Her hair was cut, while I loved her long waving curls. It made her a new she. Fresh and different, which I had to admit. To me she seemed as blossom in spring, and hair grows.

-“When I come back it will be long again”; she assured. I smiled, and looked at the trousers, where I preferred her wearing skirts.
-“It’s more comfortable while traveling.” I nodded.
She defended without me attacking her. I even told her how fantastic she looked. She presented herself in guilt, and I still don’t know why. She could have changed after she left, but decided to show me her new self before stepping into a world I never would know.

Oh yes, I traveled the globe, searching, following her footsteps, asking and tracking, and sometimes I came quite near. She had just left, I heard, only a few days before. I could almost smell her sense, but I never saw her back. Not even in a distance, as I thought a couple of times.

Once I tipped the shoulder of a Marilyn-Monroe-look-alike, and she turned, smiled a similar smile, what made the disappointment even bigger.

Thanks to her I saw countries I never would have seen, and experienced situations I never would have got into. I became a globetrotter, not because of a need, but as a quest for her.

Some chase careers, others a destination, but I… I chased the love of my youth for more then a lifetime.

I know she probably won’t be around anymore. Too many years have passed. I’m older then most, perhaps the last of a generation. And still I hope to see her once again. That’s all I still live for. The hope of her return with the same looks she left me, before I close my eyes, and the young nurse who always smiles when she enters the room, will cover my face with a sheet. Then the longing will be over. But maybe that’s the secret: to meet again in afterlife…

zondag 8 januari 2012

It's a while ago

Finally back on the net. In the mean time it is 2012, a new year, and from here I thank all my followers and give them my respect for their patience. 

With two playing cats around my feet it is impossible to think and write, that's why I decide to publish a short story about them, as a welcome back, and happy new year to all of you. A story in Dutch, which I wrote some months ago. I may translate it later, who knows... Just to practice my brains and wrists, and celebrate that I spend my thoughts on the Internet again.



Eenzame Overpeinzing.

Ze likte zichzelf. Zwart met felle ogen, beet ze van zich af. Hij durfde haar niet naderen. Ze was nog niet zo ver.

Ik keek toe en lachte. Het speelse geweld van twee jonkies, pas aangekomen. Nog wat onwennig hadden ze toch mijn huis al ingepalmd. Het was van hun, niet meer van mij, al deed ik nog een zwakke poging de gordijnen te beschermen toen ze erin klommen.

Alles kwam naar beneden, maar het was mijn schuld. Ik had de gaten niet diep genoeg geboord om het gewicht van een paar honderd gram meer dat zich met geweld omhoog werkte te dragen.

Het donderend geraas, in combinatie met de plotse lichtverschuiving, deed de buurvrouw naar boven kijken. Haar hond liep vrij over het grasveld. Hij blafte naar het vallende doek met wanhopig klauwende pootjes.

Ik trok mijn schouders op naar de glimlachende vrouw en overzag tegelijk de ravage. Zuchtte om het karwei dat ik over moest doen.

Ik had er geen zin in. Te lui om de boorkist te openen schakelde ik de tv in, zapte langs de kanalen die hier en daar maar enkele tellen iets te bieden hadden. Ik stond nog en volgde vanuit een ooghoek de kapriolen van de hond die in de late herfstzon zijn eigen schaduw joeg.

Een buurt als een ander, waar niets viel te beleven, en de tijd te kort om erop uit te trekken. Morgen moest ik toch weer werken. Ik kon maar beter leren genieten van het beetje vrijheid dat ik had.

Ik benijdde beide poesjes die genoeg hadden aan hun spel, en zodra ze het moe werden gewoon in slaap vielen. De zorgeloosheid en het plezier die mijn deel niet meer waren.

Lang geleden was ik net zo speels en ondernemend en had de lachende buurvrouw op de koffie gevraagd om de katjes aan de hond te laten wennen en samen de tijd te verdrijven.

Maar dat was lang geleden. Onheuglijk lang haast. Herinnering als korrelig zwart-wit van een filmpje uit de vorige eeuw.

Ik was oud geworden, en zo mijn interesses. Vergeten weggevloeid in de tijd die te snel, maar ook te langzaam ging om zinvol te besteden.

Destijds haatte ik mijn vader die na het werk in zijn stoel snurkte waarom ik stil moest zijn, en kon onmogelijk vermoeden dat mij hetzelfde wachte. Waarom had ik anders twee poezen toegelaten? Ze leken mijn leven te vullen met hun spel, terwijl ik alleen maar naar hen keek.